Prikkels

door | jun 25, 2021

Vanaf Vince’ geboorte zijn we getraind in het zo prikkelloos mogelijk met hem omgaan. Gekscherend heb ik weleens gedacht dat ouders eigenlijk diezelfde behandeling verdienen. Maar natuurlijk het tegenovergestelde gebeurt als je kindje op de NICU aan het vechten is voor z’n leven als de zoveelste infectie hem ziek maakt en hij moeite heeft met ademen. Als ouders worden we overal bij betrokken, maar dan ook overal bij. Medicatietoediening, groeiontwikkeling, verandering van ademhalingsondersteuning, elke fase in het infectietraject, echo’s, foto’s, de kinderchirurg, oogarts, plastisch chirurg, anesthesist, tig verpleegkundigen, een tiental neonatologen en kinderartsen.
Fijn betrokken te kunnen zijn. Maar wie zorgt er voor de ouders?

Na een loodzwaar NICU traject was ikzelf overprikkeld door maandenlange blootstelling aan alle bovenstaande genoemde specialisten en gebeurtenissen + piepjes, bliepjes en alarmen die toch wel een paar uur per dag in mijn oren doorklonken. Dus toen Vince eindelijk overgeplaatst werd naar de highcare afdeling op H7 kwamen we terecht in een weelde van rust. Daar zat ik dan, eindelijk in Vince’ privé kamer, in een comfortabele kolfstoel, ipv een tuinstoel en zonder de chaos van de zaal om mij heen. De eerste reactie was een diepe zucht van verlichting, zowel bij mij, Arthur als Vince. Hij begon eindelijk te groeien en eruit te zien als een baby en met mij ging het ook beter. Iets beter, maar natuurlijk was het trauma nog lang niet uit mijn lijf. Dus het gevoel opgejaagd te worden als een wild dier zat nog in me en de rust van de privé kamer en andere afdeling maakten mij moe. Van standje overleven waarbij de adrenaline me wakker hield gingen we naar standje ‘de laatste loodjes’. In die laatste loodjes bleven ook in die privékamer de specialisten in en uit lopen, als in een kroeg tijdens koninginnedag. En allemaal wilden ze wel iets bespreken. Zo ook de kinderfysiotherapeut die op een middag kwam binnenlopen. Een ietwat vreemde vogel die kwam mededelen dat hij kwam kijken naar Vince, hem kwam observeren en mijn omgang met hem. Het wekte gelijk mijn irritatie op. Dat was niet gerelateerd aan mijn vermoeidheid. We hadden er al maanden opzitten van intensieve omgang met Vince, waarbij we door diepe dalen zijn gegaan met elkaar. Het voelde raar om nu adviezen van omgang met m’n kind aan te nemen van een vreemde en de manier waarop het gebracht werd had geen enkele invoeling getoond met waar ik als moeder vandaan kwam. Dus ik zei nee en verzocht hem om de kamer te verlaten. Ik kon het er niet bij hebben. HET-IS-GEWOON-TE-VEEL. Grenzen aangeven. Dit was mijn grens. Ja klopt, ik zat niet ver van een mental breakdown. Is iemand dit opgevallen? 100% geoorloofd trouwens, een mental breakdown.

2,5 jaar na deze situatie kwam ik voor de podcast in contact met Ilona Vissers. Zij werkt dus als kinderfysiotherapeut in het Noordwest Ziekenhuis in Alkmaar. Eigenlijk wilde ik nu eindelijk weleens weten wat nou precies de bedoeling was geweest van die kinderfysio in het ziekenhuis. Ilona vertelde het me. Zij is een observant van stress-signalen en vormt samen met de verpleegkundige en pedagogisch medewerker een team in het zo comfortabel mogelijk maken van het premature kindje, op grond van wat wordt geobserveerd. Ik had een heel fijn ontspannen en informatief gesprek met haar waar ze ook vertelde over de follow-up poli die ze doet. 

Luister hier naar ons gesprek in aflevering 20

Ontzettend nuttig en fijn dat deze begeleiding er is in het ziekenhuis. Toch heb ik geen spijt dat ik die man z’n werk niet wilde laten doen. Instinctief noem ik mijn interactie met Vince ook wel. Ik kende hem al zo goed inmiddels. Urenlang heb ik naar hem gestaard, liedjes gezongen, verhalen verteld. Soms sliepen we zelfs even samen omdat ik wegdommelde boven de couveuse. En op dat ene cruciale moment dat Vince op een dag zweefde tussen leven en dood had ik de privilege om hem terug te roepen het leven in.

Ik had geen derde nodig om me te vertellen wat Vince stress gaf. Maar de realiteit is dat niet iedereen de luxe heeft om in het ziekenhuis te ‘wonen’. Hoeveel ouders hebben we in het AMC gezien die alleen maar af en toe op bezoek konden komen op de NICU, wegens andere verplichtingen, werk, andere kinderen? Ook alleenstaande moeders met al een paar kinderen thuis en dan zo’n kleintje in het ziekenhuis. Hoe kan zij zich nou opsplitsen? Ik kan me voorstellen dat het fijn is om dan op het moment dat ze wel bij haar kindje op de NICU kan zijn dat ze bijgepraat wordt en haar wordt verteld wat haar kindje fijn vindt en wat stress-vol, en hoe de moeder dat kan herkennen. De zorg is goed in Nederland, er wordt goed voor de kindjes gezorgd.

0 reacties

Een reactie versturen

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Pin It on Pinterest

Share This